Anna vindt het verschrikkelijk, als ze de beelden van een aardbeving ziet. Al die ingestorte huizen, grote brokken steen. Wat een puinhoop en chaos veroorzaakt dat. Anna wil helpen, maar hoe? Daarom bedenkt ze een superfrietplan. Samen met Rolf, Onno en Hugo. Dat moet lukken!
Als Anna na haar eerste schrik op school komt, blijkt ook juf een plan te willen maken om actie te voeren voor het getroffen aardbevingsgebied.
Anna wil heel graag haar frietplan delen met haar de jongens. Maar elke keer komt er iets tussen, waardoor ze haar plan niet vertellen kan. En haar vader belandt in het ziekenhuis, dat loopt gelukkig goed af.
Eindelijk kan Anna haar plan met Rolf delen. Hij is direct enthousiast en bedenkt een folderplan voor het hele dorp en een plan om frietzakken te bedrukken. Als het zover is, wordt de nieuwe frietfabriek van Anna’s papa geopend met een spetterende start met de frietverkoop. Anna noemt het kreukelfriet, omdat dat ook doet denken aan de gebouwen van staal die ze in de plaatjes over de aardbeving. Leuk bedacht!
Anna is in dit verhaal een beetje tobberig meisje dat gauw bang is, zich zorgen maakt of loopt te somberen. De jongens in het verhaal zijn lawaaierig, stoer en vol actie. Maar ze hebben veel humor, met name Rolf: ‘jouw tong is nog bruiner dan de drollen van Sjors’. Als Anna loopt te puffen van bezorgdheid om haar vader bedenkt Rolf direct een ‘ballonnenactie’, waarin Anna de lucht in puft, en bij de presentatie van de kreukelfriet (met frikandel) vraagt hij iemand of er ook een heipaal in moet. De hond noemt hij een ‘levende papierversnipperaar’.
Soms laat de auteur wat gedateerde woorden uit de mond van de kinderen horen, vuurwerk maakt herrie, … en Anna’s opmerking ‘wat heb je nou aan dat gehang achter de computer’. Maar, de humor van Rolf maakt veel goed.
De lay-out is prettig leesbaar, duidelijk en overzichtelijk en heel fijn leesbaar voor makkelijk lezen.
Voor jongens/meisjes vanaf 9 jaar.
AP
Koop dit boek bij de plaatselijke boekhandel