Alle kinderen hebben wel eens van Anne Frank gehoord. Maar haar dagboek lezen, dat is meestal nog te moeilijk. Speciaal voor deze groep schreef Martine Letterie het waargebeurde verhaal van Leo Meijer uit Zwijndrecht. Het boek ziet er ook uit als een ‘oud’ boek, met ‘gele’ bladzijden. De tekeningen, plaatjes en foto’s in dit boek zijn bijna allemaal van Leo Meijer. Hij is op een vroege morgen uit Zwijndrecht opgehaald, terwijl zijn buurmeisje Jeanne toekeek. Via Kamp Westerbork is hij naar Theresienstadt en Auschwitz vervoerd. Alleen Leo’s vader overleefde de oorlog.
Het is Tweede Wereldoorlog. Leo is een gewoon Joods jongetje uit Zwijndrecht, hij moet sinds kort een Jodenster op zijn jas dragen en als enige van zijn klas met het pontje naar Dordrecht om daar naar een school voor Joodse kinderen te gaan. Als op een morgenvroeg de bel gaat, moeten Leo en zijn vader en moeder bijna meteen mee. Leo kan nog nét zijn tekendoos en potloden pakken. Zijn mooie trein kan niet mee, veel te groot.
Ze reizen via Amsterdam naar Westerbork, waar de vader van Leo in de apotheek kan werken. Eerst helpt dat en hoeven ze niet meteen getransporteerd te worden. Leo vraagt zich af wat ‘transport’ is en wat ‘Auswitsch’ is. Helaas worden ze in september ’44 toch op de trein gezet.
Martine Letterie schrijft het boekje vanuit Leo. Hoe hij het beleeft, wat hij zich afvraagt en hoe hij het ervaart wat er allemaal gebeurt. ‘Leo legt zijn handen op zijn oren. Alweer geschreeuw. Hij wil het niet meer horen. Alles in Westerbork is anders dan thuis. Alles. Zelfs de taal is anders. Leo hoort hier woorden die hij nog nooit eerder heeft gehoord. ‘Schoft’, ‘rotzak’…’En dan ‘van de ratten besnuffeld’, wat zou dat betekenen? ‘Onderduiken’ was ook een nieuw woord, maar dankzij Daniel begrijpt hij wat het betekent. Nu is er het woord ‘transport’.
Leo ontmoet een andere Leo, grote Leo Kok, die ook van tekenen houdt en hem een paar goede tekentips geeft. Dankzij het uit het kamp smokkelen van tekeningen van grote en kleine Leo zijn sommige van hun tekeningen bewaard gebleven en in dit boek opgenomen. Martine ontmoette voor dit boek het vroegere buurmeisje Jeanne, en de drie kinderen van Leo’s vader (die na de oorlog hertrouwde en drie kinderen kreeg).
Leo is een van de 18.000 Joodse kinderen die uit Nederland zijn weggevoerd en nooit meer terugkwamen in hun Nederlandse klas. Omdat ze er niet meer waren.
Voor kinderen van groep 6-8.
AP
Koop dit boek bij de plaatselijke boekhandel
of